Neuromodulatie
Bij neuromodulatie worden heel specifieke zones in de hersenen net geactiveerd of gedempt. Na een evaluatie door de arts komt u mogelijks in aanmerking voor het traject van neuromodulatie. Uw behandelend arts bespreekt dit traject verder uitgebreid met u.
Screening
Het secretariaat van de Pijntherapie zal het neuromodulatietraject opstarten. Hierbij zullen twee afspraken gemaakt worden bij onze pijnpsychologen van het MPC en een afspraak bij één van onze neurochirurgen.
Nadien zal het team uw dossier bespreken op het multidisciplinair overleg en bij goedkeuring zal de ingreep ingepland worden. Bij sommige dossiers moet de aanvraag ook in Brussel goedgekeurd worden. Dan kan er wel enige tijd overgaan voor een eventuele ingreep kan ingepland worden.
Inplanting proefelektrode
Na de goedkeuring zullen tijdens de eerste ingreep de elektrodes (1 of 2) geplaatst worden via een epidurale naald. Dit gebeurt onder lokale verdoving. We testen de elektrode door lichte tintelingen op te wekken. De positie van de elektrode wordt eventueel aangepast tot de zone van de tintelingen de hele pijnzone bedekken.
Nadien sederen we u en plaatsen we de elektrode onderhuids en connecteren deze met een verlengkabel. Deze verlengkabel komt langs de huid naar buiten en wordt verbonden met een uitwendige batterij.
Nadien gaat u naar de recovery (ontwaakzaal). Nadat u bijgekomen bent, wordt de stimulatie gestart en samen met u afgesteld. U verblijft één nacht in het ziekenhuis om de elektrode de tijd te geven in te groeien.
De volgende 3 weken komt u regelmatig op controle en wordt het programma samen met u aangepast. Verschillende programma’s worden getest.
Definitieve implanting
Als er na 3 weken een goed effect is op de pijn, functionaliteit en/of slaapkwaliteit kunnen pijnstillers worden afgebouwd en zal een inplanting van een inwendige batterij gepland worden.
Afhankelijk van het stroomverbruik kan een niet-heroplaadbare of heroplaadbare inwendige batterij ingepland worden. Deze kan in de buik of de bilregio ingepland worden. Afhankelijk van het batterijtype en de intensiteit van gebruik dient de batterij vervangen te worden meestal om de 5 à 10 jaar.
Opvolging
Nadien wordt er om de 6 maanden een controle van de stimulator voorzien. De eerste 6 tot 8 weken is het belangrijk voorzichtig te zijn met te grote draai- en buigbewegingen Bij problemen kan er steeds contact opgenomen worden met het secretariaat Pijntherapie of de neuromodulatieverpleegkundige.
Belangrijke info
- Bij MRI onderzoek of een operatie moet de stimulator in veilige modus geplaatst worden.
- Het besturen van een voertuig. Wettelijk gezien mag de patiënt geen voertuigen/grote machines besturen wanneer de neurostimulator aan staat. Dit mag ook niet op de dagen van controle van de stimulator.
- Het is nooit volledig uitgesloten dat de neurostimulator een onwillekeurige samentrekking van de spieren veroorzaakt waardoor u de controle over het voertuig kan verliezen. Patiënten mogen gemotoriseerde voertuigen zelf besturen indien de stimulator uitgeschakeld is.
Professionele activiteiten en hobby’s
Met een neurostimulator kan de patiënt opnieuw aan het werk en dit wordt zelfs sterk aangeraden. Het uitvoeren van normaal werk en de meeste hobby’s zijn mogelijk. Echter is het aangewezen weg te blijven van sterk magnetisch straling (verstoren programmatie) of extreme schokken zoals: parachutespringen, bungeejumpen, etc. (verschuiven elektrode of batterij).
Reizen
U kan met een neurostimulator op reis gaan. Vliegtuigreizen zijn geen probleem. Echter is het voor de beveiliging in de luchthaven belangrijk dat u de juiste attesten meeneemt. Het passeren door een metaaldetector is niet aangewezen. Bij implantatie wordt een bewijs meegegeven. Een attest voor de Shengenzone is aangewezen. Voor bijkomende hulp of het bekomen van een duplicaat van uw attest kan u terecht bij het secretariaat Pijntherapie.
Medische beeldvorming
Het overgrote deel van onderzoeken kunnen veilig uitgevoerd worden met een neurostimulator. Een onderzoek van radiografie zoals een Röntgenfoto (Rx), Computer Tomografie scan (CT-scan) en Positron Emissie Tomografie scan (PET-scan) vormen geen probleem. Een echografisch onderzoek kan ook veilig, al is het afgeraden om met de echosonde rechtstreeks over de stimulator te gaan.
Een magnetische resonantiescan (MRI scan) kan helaas niet altijd veilig verlopen. Afhankelijk van het lichaamsdeel dat gescand dient te worden en het type stimulator kan het onderzoek doorgaan. Vaak dient een MRI met lagere magneet gebruikt worden. Hierdoor kan het onderzoek iets langer duren. De stimulator dient in MRI veilig modus of uitgezet te worden naargelang het type stimulator. Bij vragen kan u steeds terecht op het secretariaat Pijntherapie.